Bijzondere kinderdienstencentra
Gedragsdeskundige en moeder
Wollewei, Haarlem
Wat maakt een kinderdienstencentrum van Ons Tweede Thuis bijzonder? Dat vragen we aan gedragsdeskundige Carolien Hammer en Abbey Gieske, moeder van Keije die naar De Wollewei in Haarlem gaat.
“De behandelingen die kinderen hier kunnen krijgen. Dat maakt De Wollewei voor mij bijzonder. Alles is op ontwikkeling gericht en dat is precies wat wij als ouders zochten, aldus Abbey. Haar zoon Keije gaat nu bijna twee jaar naar De Wollewei en zij zijn als ouders erg te spreken over het aanbod op dit kinderdienstencentrum. Abbey: “Wij zijn extreem kritisch. Ik breng en haal Keije ook altijd zelf om even contact te kunnen hebben met de begeleiding.
We wilden vroegbehandeling voor Keije. Ik weet nog dat we, toen we kwamen kennismaken, in de gymzaal zaten met het hele team en dat wij voortdurend vroegen ‘hoe gaat dit’ en ‘hoe doen jullie dat’. Toen Keije begon op De Wollewei heb ik een week lang meegelopen om zijn mimiek te vertalen voor de begeleiding. Wij kunnen hem heel goed ‘lezen’ en weten precies wat hij wil en wat hij bedoelt. Wat voor ons heel belangrijk is, is dat we hier allemaal hetzelfde doel hebben, wij als ouders en de begeleiding, en dat is het maximale uit Keije halen. Daar gaat het ons om. De begeleiding denkt mee. Soms kom ik op de groep en dan zegt een begeleidster ‘moet je kijken wat Keije heeft geleerd, dan word ik echt verrast’. We doen het echt met elkaar.
Meer bewust van methodes
Carolien bevestigt dit: “Ouders zijn de opvoeders, zij zijn de ervaringsdeskundigen en wij hebben onze professionele deskundigheid. Het gaat om samenwerken. Op ieder kinderdienstencentrum kunnen kinderen logopedie, fysiotherapie en ergotherapie krijgen. We kijken daarvoor altijd goed wat een kind nodig heeft. Alle vier kinderdienstencentra van Ons Tweede Thuis werkten volgens bepaalde methodieken maar we hebben een paar jaar geleden alle methodes geïnventariseerd en een viertal methodes standaard gemaakt: ervaar het maar, kleinestapjesprogramma, totale communicatie en sensorische integratie. Dit zijn de vaste methodes. Als een kind gebaat is bij een andere methode gebruiken we die natuurlijk ook, mits het haalbaar is. Bijvoorbeeld zwemmen met dolfijnen kan gewoon niet op een kinderdienstencentrum. Alle begeleiders krijgen een training in de methodes en zij leren zich goed bewust te worden van wat zij doen en zij leren dat te benoemen. Vaak vertelden zij bij een kennismaking met ouders wat het dagprogramma inhield maar niet hoe er methodisch gewerkt wordt. Daar is iedereen zich nu bewuster van. Laten we ook het POP, het persoonlijk ondersteuningsplan, niet vergeten. Dat plan is ook een methode. Daarin staan alle ontwikkelingsdoelen, afspraken en evaluatiemomenten, die er ook weer voor zorgen dat je bewust de ontwikkeling van een kind volgt en stimuleert.
Totale communicatie
“Communicatie is een basisbehoefte, legt Carolien uit, “en je kunt in de communicatie veel meer gebruiken dan (gesproken) taal, zoals picto’s, foto’s, voorwerpen. Met Keije gebruiken we gebaren en hij heeft een knop met spraakuitvoer. De ‘big mack’ noemen we die. Je spreekt iets in en het kind kan op de knop drukken en het laten horen. Abbey vult haar aan: “Wij spraken bijvoorbeeld op zondag in wat Keije had gedaan in het weekend thuis en op De Wollewei kon hij het dan zelf ‘vertellen’ door op de knop te drukken. Er zijn zo allerlei mogelijkheden om de communicatie te ondersteunen.
Sensorische integratie
Sensorische integratie gaat over de prikkelverwerking waar sommige kinderen moeite mee hebben. Soms is er sprake van overprikkeling, soms van onderprikkeling. Kinderen kunnen prikkels vermijden of juist opzoeken. Het gaat ook over alert zijn. Om iets te leren moet je alert zijn en prikkels op de juiste manier kunnen verwerken. Op het kinderdienstencentrum behandelt de ergotherapeut vaak kinderen voor sensorische integratie waarna de begeleiding het op de groep overneemt. Abbey: “Keije is een doerak, een boef. Hij doet zijn ogen dicht, doet alsof hij slaapt als hij iets niet wil. Hoe hou je hem alert, is de vraag. Daar heb ik veel trucs voor ontwikkeld. Carolien merkt op: “Bij de kindbespreking heb jij daarover verteld, dat was een leuke uitwisseling.
Zo kunnen we van elkaar leren. Bij sensorische integratie krijgt een kind soms een sensorisch dieet: op bepaalde momenten gedurende de dag bieden de begeleiders dan bepaalde prikkels aan om het kind alert te houden of om het te leren omgaan met prikkels. Soms kan schommelen of bewegen goed werken of een verzwaringsvestje.
Kleinestapjesprogramma
Het kleinestapjesprogramma is een hulpmiddel om te kijken aan welk stapje in de ontwikkeling een kind toe kan zijn. Een hulpmiddel, meer niet, benadrukt Carolien. Abbey is namelijk nogal huiverig voor lijsten, zo geeft zij aan. “Mijn ervaring is dat lijsten niet zo goed werken. Keije heeft fases overgeslagen, ga je dan zitten wachten tot hij een bepaalde fase doet? Het is veel belangrijker te kijken naar waar Keije aan toe is. “Dat klopt, beaamt Carolien, “de lijst van dit programma kan wel helpen om goed te kijken. Welke stapjes zijn er in de ontwikkeling van een kind? Waar zou een kind aan toe kunnen zijn? We willen voorkomen dat we kinderen overvragen maar ook het omgekeerde, dat ze zich gaan vervelen. Het geeft handvatten die heel bruikbaar zijn. Je moet hier natuurlijk flexibel en creatief mee omgaan.
Ervaar-het-maar
Carolien: “Ervaar-het-maar geeft een structuur door het jaar heen. We werken aan de hand van thema’s zoals eten en drinken, seizoenen, lichaam. Die thema’s zie je terug in alles: in de aankleding van de groepen of de hal, in de knutselwerkjes, in de liedjes, in de activiteiten. Op een kinderdienstencentrum is ervaar-het-maar voor een aantal kinderen die op lichaamsgebonden niveau functioneren, echt lijfelijk ervaren. Er zit een hele theorie achter maar in de praktijk komt het erop neer dat alle zintuigen aan bod komen: zien, horen, voelen, proeven, ruiken. Dat passen we aan aan het niveau van het kind en aan wat het kind nodig heeft. Zoals we alles eigenlijk aanpassen aan het individuele kind. Echt persoonsgericht dus.